Tijdens warme dagen raken hommels soms eens oververhit. Niet verwonderlijk met zo een pak donzige haren op hun lijf. Wij zoeken verkoeling in de schaduw of het zwembad maar voor hen is dat soms geen optie, ze moeten werken. Gelukkig hebben hommels hiervoor een slim trucje ontwikkelt. Om energie-efficiënt te kunnen vliegen wordt tijdens de vlucht enkel de kop en het borststuk verwarmd, het achterlijf blijft koel. De smalle taille die borst en achterlijf met elkaar verbindt fungeert als een soort regulator. Wordt de borst te warm, dan begint het achterlijf ritmisch samen te trekken, waardoor stroompjes koel bloed naar de borst worden gestuwd en golfjes warm bloed de andere kant worden opgezogen. Die warmen het achterlijf op, met als resultaat een groter lichaamsoppervlak dat warmte kan afgeven. Als het echt te warm wordt houden hommels echter op met voedsel zoeken.
blije bijen - Kuildamstraat 47, 9100 Sint-Niklaas
